Argumenten schema, gemaakt met FreeMind. Ondersteunende argumenten in groen, afwijzende argumenten in rood.


Een later
ontdekt bloedvlekje, gemerkt als spoor 42 nabij spoor 10
bevatte volgens het NFI uitsluitend DNA van Louwes; het is
echter véél te klein als drager van een herkenbaar DNA-spoor
en bevat volgens het FLDO daarnaast ook weer sporen van het
slachtoffer.
Ongeveer 3% van het DNA is van het slachtoffer. Komt goed
overeen met het gehalte bloed in het spoor. Het bloedvlekje
beslaat ongeveer 10% van het oppervlak van het knipsel, maar
is zwak van kleur. Daarnaast is het een afdruk vanuit een
andere bloedvlek, waarbij het DNA preferent achterblijft.
Dat het DNA-gehalte uit het bloedvlekje van het slachtoffer
dan maar 3% van het totaal aan DNA bedraagt is volstrekt
logisch.
Het uiterlijk van spoor 10 lijkt sprekend op die van
aantoonbare contaminaties. Niet alleen de gebogen vorm
valt op. Ook valt op dat in het verlengde enige super
kleine vlekjes liggen. In overeenstemming met een grotere
ronde vlek als oorspronkelijke bron. Uiteraard dan een
vlek van bloed van het slachtoffer. Spoor 29 is bewijsbaar
ontstaan in de avond nà de vondst van het slachtoffer.
Langs dezelfde weg kan het bloed in spoor 10 bovenop een
speekselrest van Louwes zijn gedeponeerd.
Het profiel
is veel te sterk vergeleken met de omvang van de
bloedvlek. Deel je de profielsterkte door het oppervlak
van het knipsel, dan komt er een begrijpelijke waarde uit
(10L). Deel je echter door de omvang van het bloedvlekje
(10bloed) - eventueel ook gecorrigeerd voor de geringe
kleur-intensiteit (10bloed*) dan wordt de uitkomst
onwaarschijnlijk hoog.
Alle
pieken in de blue lane zitten ook in spoor 1.
Spoor 1 zat NIET in een roze vlek en was geen aanleiding
voor enige overweging aangaande geweld. Eerder een spoor
dat de hypothese van gesprek ondersteunt.
Alle
pieken in de green lane zitten ook in spoor 1.
Spoor 1 werd pas zichtbaar door de crimescope te
gebruiken. Hetgeen de aanname van speekseloverdracht
onderschrijft. Spoor 9 bevatte ijzer-ionen, deze
veroorzaakten het wegvallen van het crimescope-signaal
door oxidatie van de lichtgevoelige aminozuren.
Alle
pieken in de yellow lane zitten ook in spoor 1.
Deze wordt steeds afgebeeld in rood. Spoor 1 zat
minder dan 2 cm hoger op de blouse ten opzichte van spoor
9. Spoor 9 was niet zichtbaar op enige foto, zodat de roze
verontreiniging ook later bovenop spoor 9 kan zijn
ontstaan.
De hoeveelheid DNA van Louwes per vlek loopt geleidelijk
af van boven naar beneden. Dit is in overeenstemming met
de aanname, dat Louwes staande achter mevrouw Wittenberg
met haar een document besprak dat hij zou bewaren voor
haar.
Hypothese achterlaten speekselsporen. Terwijl Louwes
achter mevrouw Wittenberg stond en vragen stelde over een
document kwam zijn speeksel op haar schouder en verder.
Uiteraard zover de druppeltjes vlogen...
Het is
onduidelijk, hoe de roze vlekken op de blouse kwamen. Van
de sporen 9 en 20 bestaan geen foto's die bewijzen, dat de
sporen al op de plaats delict aanwezig waren, eerder is er
bewijs van het tegendeel. Een prominente vlek voorop de
blouse rond een knoop, zichtbaar op foto's van het NFI,
werd duidelijk pas na het delict op de blouse geplaatst
(zie de foto gemaakt in het mortuarium in de avond van 25
september 1999, waar de vlek ontbreekt).
Er zou heel veel DNA van het slachtoffer en derhalve van
Louwes in spoor 20 zitten. Vergelijken we de absolute
hoeveelheden DNA met andere (greep-)sporen op de blouse,
dan zijn de hoeveelheden juist minimaal.
Hier drie
roze vlekken, de bovenste als make-up aangeduid (NFI
2003), de rechter (voor de kijker; NFI 2006) als verdund
bloed, terwijl de onderste is ontstaan als contaminatie,
toen in het mortuarium (avond van 25 september 1999) de
knopen werden losgemaakt. Een rechtvaardiging voor het
onderscheid werd nooit gegeven.
Volgens
het NFI werd er geen chemisch onderzoek naar de roze
vlekken uitgevoerd. Het sporenbeeld ondersteunt die
verklaring niet. Er werd een roze vlek uitgeknipt en
opgestuurd.
De grote vlek op de
kraag laat duidelijk vermoeden, dat er een roze vloeistof
(verdund bloed waarschijnlijk) door de stof getrokken is.
De nog ongeknipte
nagels op de plaats delict.
De duimnagel van
de linkerhand tijdens de sectie. Merk op dat de nagel tot
op het leven is weggeknipt, wellicht werd er tweemaal
geknipt.
De nagels werden bijeen gepakt in twee containers.
Hierdoor kwamen de onderzijden van de nagels in contact
met de bovenzijden en was afzonderlijk onderzoek naar
boven- en onderzijden niet meer relevant.
De hoeveelheden DNA ten gevolge van speekseldepositie zijn
gigantisch. Hierdoor zal elk contact tussen het speeksel
op de bovenzijde van de blouse (= de onschuldhypothese) en
de nagels onmiddellijk tot herkenbare DNA-sporen leiden
tijdens de gevoelige Y-string bepalingen. Deze bepalingen
hebben genoeg aan een handvol cellen en wijzen daardoor op
iedere vorm van DNA-overdracht. De Y-str profielen waren
alle zeer onvolledig, een indicatie voor niet gewelddadige
overdracht.
Merk op dat de
wijze, waarop de blouse in de broekband is gepropt op de
foto linksonder een duidelijke aanwijzing ervoor vormt dat
de blouse al voor de sectie van het lichaam is geweest.
Hiervoor zijn vele andere aanwijzingen, zoals losgemaakte
knopen, verplaatste vlekken (gemarkeerd in rood) en het
oorspronkelijke verslag van de technische recherche dat
later werd aangepast.
Hier wordt het begrip
gemengd profiel geweld aan gedaan, want dan spreek
je over één en dezelfde bepaling. Hier is sprake van twee
totaal verschillende bepalingen, die je alleen ieder op
zich op zijn waarde moet schatten. Die nuance ontging de
opsteller van deze rapportage in het oriënterend
onderzoek. Ten onrechte wordt deze uitkomst aangehaald als
zijnde afkomstig van het FLDO.
Argumenten schema, gemaakt met FreeMind. Ondersteunende argumenten in groen, afwijzende argumenten in rood.
"Op de achterzijde van de kraag van de blouse is een bloedspoor #10 aangetroffen waarvan het DNA-profiel overeenkomt met het DNA-profiel van de verdachte. De kans dat een willekeurig gekozen mannelijk persoon eenzelfde profiel bezit bedraagt minder dan één op de miljard. Spoor #10 is een enkelvoudig profiel;"
"De hypothese dat het op de blouse aangetroffen, van een mannelijk individu afkomstige celmateriaal is overgedragen tijdens een gewelddadig incident, vindt veel steun in een aantal - hierna te noemen - bevindingen."
Laten wij eerst proberen misverstanden te vermijden: wat bedoelt het GDB met "rechts en rechter" in de beschrijvingen? Rechts voor de kijker of rechts in de betekenis van rechter kant van de blouse? Dat maakt nogal wat uit, aangezien de steekverwonden links in het slachtoffer zijn geplaatst.
Kijken wij eens naar de bemonsteringen:
|
Bemonsteringen, zoals bekend aan het GDB.
O De blauwe cirkels
geven de locaties aan waar bemonsteringen van lichtrode
substanties zijn genomen.
|
Die lijken dus, zover ze wezenlijke resultaten
hebben opgeleverd, rechts op de blouse te liggen,
geredeneerd vanuit de plaats van het slo, zoals ook aangegeven in
(5) in het arrest. Dus juist niet op de plek, waar de
geweldpleging zou zijn gepleegd; de steken zijn vanuit deze
benadering alle links aangebracht.
Anderzijds, het citaat; "rechtervoorzijde van de blouse
aangetroffen op slechts enkele centimeters van de bovenste
steekwond" (7) houdt dan geen steek, want hier wordt met rechts
dan toch echt links bedoeld! Waarschijnlijk heeft het GDB
de conclusies helemaal niet zelf geformuleerd, uit de verwarring
links/rechts blijkt, dat zij geen beeld heeft van de situatie,
waar zij over uitweidt.
Vreemd overigens, dat in dit overzicht de
bemonsteringen zonder DNA of met DNA van uitsluitend het slo
(zwarte cirkels) worden samengevoegd. Gezien de aard van deze
monsters (wel of niet zichtbare bloedvlekken) een duidelijke
misser!
Ook heel vreemd: de gebruikte foto als ondergrond is ongeschikt:
er zijn geen lichtrode substanties zichtbaar, en later
gedeponeerde bloedvlekken zijn op deze foto afwezig.
Zo is het 'groene' monster linksboven in de foto getrokken op een
locatie, die later - bij het NFI dus -een bloedvlek en een rode
vlek vertoonde, maar nu nog niet. De significantie van de
crimescope is dus nul,nul.
Ook zijn twee van de vier grote bloedvlekken bovenop de
steekwonden op deze foto onzichtbaar (zie het hoofdstuk MO
delict).
Voorts is het belangrijk, dat de blouse een tiental cm's omhoog
was verschoven door de verplaatsing van het lichaam, zodat de
positie van de sporen een verkeerde indruk geeft.
Hoe kun je op deze manier zo'n vitaal onderzoek presenteren??
Wordt vervolgd....
(oa. - de invloed van katoen op de bloedvlekken en waarom #10 niet
van EL is
- de niet bestaande chain of custody
- enkelvoudige profielen, die
mengprofielen bleken te zijn
- de aanwezigheid van een tweede
vrouwelijke donor).